Van reststromen naar geldstromen!

Wat hebben draf, brouwersgist, aardappelstoomschillen en ondermaatse vis met elkaar gemeen? Ze bieden mogelijks interessante valorisatiepistes in o.a. humane consumptie, cosmetica en waterzuivering.

PROBLEEMSTELLING

De beslissing van Europa om via het nieuwe Gemeenschappelijke Visserij Beleid de ondermaatse vis en de bijvangst ook aan te landen zal een nieuwe reststroom creëren in de visserij. Het project ‘Valorevis’ onderzocht valorisatiepistes voor deze nieuwe aanvoer. Ook de visverwerkende industrie genereert gelijkaardige reststromen die werden bekeken.

In de agrovoedingsindustrie ontstaat er een grote hoeveelheid aan reststromen. Dit kunnen enerzijds verliesstromen zijn, zoals te kleine aardappelen, die nog geschikt zijn voor menselijke consumptie. Anderzijds ontstaan nevenstromen, zoals haverpellen, die niet rechtstreeks ingezet kunnen worden in humane voeding. Momenteel dienen beide types reststromen vooral als bron voor veevoeding, compostering of energieopwekking. Dit zijn lage valorisaties in de waardeketen. Reststromen valoriseren zo hoog mogelijk in de keten van waarde behoud is niet alleen duurzaam, maar vaak economisch interessant. Hiervan werden enkele mogelijkheden uitgediept in het project ‘Valorfood’.

RESTSTROMEN UIT VISSERIJ EN VISVERWERKING

Hoogwaardige componenten in vis

Schol (pladijs), tong, schar, wijting, steenbolk, hondshaai en zeeduivel maken samen ongeveer 80% van de teruggooi uit in de Belgische visserij. Deze vissen werden geanalyseerd op samenstelling en potentieel waardevolle componenten.

Voor een aantal vissoorten is het totale lipidengehalte in bepaalde matrices erg hoog. De belangrijkste lipide componenten die aangetroffen werden, zijn hoogwaardige langketen omega-3 vetzuren en palmitoleïnezuur. Na industriële extractie kunnen deze vetzuren ingezet worden als voedingsingrediënt of als ingrediënt in de cosmeticasector.

Voor een aantal vissoorten is het eiwitgehalte in de matrices hoog tot zeer hoog. Een interessante eiwitcomponent die in een aanzienlijke hoeveelheid aangetroffen werd in een aantal matrices is collageen. Collageen kent toepassingen in de cosmetica industrie, maar kan ook gebruikt worden als bron voor gelatine. De belangrijkste toepassingen van gelatine zijn snoepgoed, nagerechten, bakkerijproducten en capsules (voor voedingssupplementen, geneesmiddelen, badparels, …).

Wat betreft de mineraalgehaltes valt het relatief hoog zinkgehalte in het spierweefsel van hondshaai op. Sommige matrices vertonen hoge gehaltes aan calcium.

Direct valorisatiepotentieel (quick wins)

De bijvangst bestaat voor 75% uit platvissen (o.a. schol, schar en tong) en 25% uit rondvissen (o.a. wijting, steenbolk, hondshaai en zeeduivel). Na het fileren van Noordzee vis wordt zo’n 34% van de vis (filet) gebruikt voor humane consumptie, het overige deel is restproduct. Bovendien is de variatie aan soorten en de aanvoer van de bijvangst alles behalve constant, dit in tegenstelling tot de stromen uit de visverwerkende industrie.

Er werd gepeild naar de noden en interesses van de verschillende schakels in de waardeketen inzake mogelijk valorisatiepotentieel. Op basis van deze behoefteanalyse zijn een aantal businesscases geselecteerd:

  • De verwerking van “maatse” vissoorten, in afwachting van de aanlanding van zijn “ondermaatse” soortgenoten.
  • Fileerresten afkomstig uit de visverwerkende industrie opnieuw inzetten in een voedingsproduct.

Voor beide cases werden recepturen ontwikkeld en werd een businessplan opgemaakt. De uitgewerkte cases bieden voldoende potentieel zowel voor de visserij als voor de visverwerkende industrie om verder diepgaand uitgewerkt te worden.

RESTSTROMEN UIT DE AARDAPPELVERWERKENDE EN BROUWERIJSECTOR

Hoogwaardige componenten in reststromen

De reststromen met het meeste potentieel werden onderzocht op voedingswaarde en aanwezigheid van potentieel waardevolle componenten.

Een belangrijke reststroom in omvang bij brouwerijen is draf. Momenteel gaat deze draf als hoogwaardige eiwitbron naar de veevoeding. In kader van dit project werden verschillende drafstalen gevriesdroogd en geanalyseerd. Deze analyses toonden aan dat draf zowel een bron van vezels en eiwitten is, alsook van sterolen en sterolesters die cholesterolverlagend werken. Heel wat gezonde eigenschappen dus, waardoor het verwerken van draf in humane voeding een interessante onderzoekspiste vormt. Een belangrijke uitdaging hierbij is het garanderen van de voedselveiligheid. Draf heeft namelijk een zeer beperkte houdbaarheid waardoor een correcte bewaring en het al dan niet stabiliseren van de draf, afhankelijk van de toepassing, cruciaal is.

Een tweede grote reststroom bij brouwerijen is de restgist. Uit de analyses op gevriesdroogde giststalen blijkt dat restgist onder andere rijk is aan fosfolipiden en squaleen. Deze componenten hebben valorisatiepotentieel in zowel de voedingsindustrie als de cosmeticasector en de farmaceutica. Daarnaast kan de restgist ook ingezet worden bij waterzuivering.

Bij de aardappelverwerkende industrie zijn de stoomschillen en het zetmeelrijke proceswater de belangrijkste reststromen. Momenteel gaan stoomschillen overwegend naar dierenvoeding of worden ze verder verwerkt tot kunstmest, maar ook hier zijn meer rendabele valorisaties mogelijk. Single-cell proteïnes komt als mogelijke valorisatiepiste naar voren en er wordt verwezen naar bestaande commercialisatie als protease inhibitor.

CONCLUSIE

Er zit potentieel in het valoriseren van reststromen afkomstig uit de aardappelverwerkende industrie, de brouwerijsector, de visserij en de visverwerkende industrie. Dat is wat de onderzoekers van ILVO, KULAK, UGent Campus Kortrijk, Vives en eCoast concludeerden uit het onderzoek met de steun van de Fabriek voor de Toekomst Voeding en het Europees Visserijfond in de projecten ‘Valorfood’ en ‘Valorevis’. Verder onderzoek naar mogelijke concrete toepassingen, in samenwerking met bedrijven, is echter nodig.

Naast de valorisatie van reststromen blijft het noodzakelijk om ook onderzoek uit te voeren op het vermijden van reststromen in het algemeen. Dit geldt zowel binnen de voedingsindustrie als bij landbouw en visserij.

MEER INFO

De onderzoeksresultaten en vervolgstappen worden meer in detail toegelicht op 24 maart 2016 tijdens een duo-seminarie in Brugge van 14u30 tot 18u30.

Meer info via: http://fabriekenvoordetoekomst.be/van-reststromen-naar-geldstromen