In welke mate herbergen biofilms bederforganismen na reiniging en desinfectie van productielijnen?

Zelfs na reiniging en desinfectie kunnen er op de proceslijn nog altijd microbiële oppervlaktecontaminaties aanwezig blijven. Als die als biofilm voorkomen dan is een specifieke reinigings- en desinfectieaanpak vereist. Recent onderzoek toont hoe hun aanwezigheid aangetoond kan worden via een gepaste staalname en een gecombineerde microbiële en chemische analyse. Toepassing van de methode bij staalnames in diverse voedingsbedrijven verschafte ook inzicht in de soorten bacteriën die in biofilms voorkomen en hun bederfpotentieel.

Biofilm of niet?

Residuele microbiële oppervlakte contaminatie na reiniging en desinfectie van de proceslijn verdient de nodige aandacht in de voedingsindustrie omdat de contaminatie overgedragen kan worden naar het voedingsproduct. Indien daarbij micro-organismen overgedragen worden met bederfcapaciteit, dan kan dit leiden tot vroegtijdig bederf van het product. In haar doctoraatsonderzoek onderzocht Sharon Maes (ILVO – KU Leuven) het voorkomen van bacteriën met bederfpotentieel in biofilms, een hardnekkige vorm van bacteriële contaminatie die courante reinigings- en desinfectieprotocols kunnen ‘overleven’ (zie Food Radar artikel ‘Biofilms: Beter voorkomen dan genezen’). Daartoe werden stalen genomen en geanalyseerd van procesoppervlakken na reiniging en desinfectie bij een zevental diverse voedingsbedrijven.

Om zeker te zijn dat de residuele contaminaties biofilms waren, werden de stalen genomen door de oppervlakken eerst te schrapen met een celschraper en vervolgens te swabben met een wattenstaafje. Op die stalen werd een chemische analyse en een microbiële analyse uitgevoerd. De chemische analyse richtte zich op de detectie van de aanwezigheid van een, voor biofilms typische, EPS (‘extracellulaire polymere substantie’) slijmlaag door de hoeveelheid proteïnen, koolhydraten en uronzuren te bepalen. De microbiële analyse was op basis van klassieke plaattellingen op onder andere ‘plate count agar’ (PCA) voor het totaal aantal aerobe bacteriën en ‘Pseudomonas Agar Base’ (PAB) voor Pseudomonas spp. tellingen. Pas wanneer zowel chemische als microbiologische contaminatie op de oppervlakken werd vastgesteld was er sprake van een biofilm.

Aanwezigheid van bacteriën met bederpotentieel in biofilms

Om na te gaan welke bacteriën zich ophielden in de biofilms werd een ‘DNA fingerprinting’ methode toegepast op isolaten van de groeiplaten. De meest aangetroffen soorten behoorden tot:

- Het genus Pseudomonas (20,5 % van alle PCA isolaten)

- Het genus Microbacterium (12,2 % van alle PCA isolaten)

- Het genus Stenotrophomonas (9,2 % % van alle PCA isolaten)

Verschillende soorten die onder deze genera vallen staan bekend als voedselbedervers. Algemeen bleken 88,5 % van de isolaten een zeker bederfpotentieel te hebben. De resultaten uit het onderzoek van Sharon Maes waren zeer bruikbaar voor de bedrijven om hun biofilm problematiek beter in kaart te hebben en de mogelijke link met vastgesteld bederf te kunnen maken. Verder onderzoek kan nog uitwijzen in welke mate de organismen kunnen migreren van de biofilm naar voedingsproducten en er zich vervolgens in kunnen ontwikkelen om effectief bederf te veroorzaken.

Bronnen

- Maes S., Nguyen Huu S., Heyndrickx M., Van Weyenberg S., Steenackers H., Verplaetse A., Vackier T., Sampers I., Raes K., De Reu K. (2017). Evaluation of two surface sampling methods for microbiological and chemical analysis to assess the presence of biofilms in food companies. Journal of Food Protection, 80,12, 2022-2028.

- Maes Sharon. Occurrence and characterization of residual contamination and biofilms in food processing environments and poultry drinking water systems. Doctoraatsthesis, November 2018 (promotoren: H. Steenackers, K. De Reu en M. Heyndrickx)

Meer lezen

- Eerdere Food Radar artikels in verband met biofilms: